Geërigeert bij den pastor van Vught.1 De profeet Job was op het altaar verheven "scabie deformis", d.i. door huidziekte misvormd. Dit altaar wordt den 11e Febr. 1536 door Maria van Doerne begiftigd. De metalen afsluiting voor dit altaar werd door de stad in 1618/19 hersteld.2H. LambertusDeze patroon van het Luiksche bisdom, en dus óók van het kerkelijk 's Hertogenbosch, had reeds in 1418 zijn altaar achteraan in de kerk, hetzij aan den (alstoen) negenden muraal-kolom van den zijbeuk, hetzij in het dáár, tusschen de contreforten der kerk uitgebouwde kapelletje, alwaar thans eenige baren en kaarsen-schragen geborgen staan. Toen daar ten Zuiden echter een kerk-ingang kwam, verhuisde St Lambertus-altaar, naar waar tegenwoordig het Missiekruis hangt, om bij de groote kerkverbouwing van 1505 geplaatst te worden in een tegenover-liggende afgeschuinde travée. Eindelijk is het in 1569 met het nabij gelegen St Job-altaar vereenigd geworden. Steeds bleef bisschop Lambertus, de groote geloofsverkondiger, in de nabijheid van de doop-vont, op welke men in 1942 bovendien zijn beeld in koper vereeuwigd heeft. | 335 |
| Noten | |
| 1. | Van Heurn, Handschrift. |
| 2. | Gedrukte stadsrekeningen, bldz. 1254. |
J. Mosmans, De St Janskerk te 's Hertogenbosch ('s Hertogenbosch 1931) 335
|
47. Job en Lambertus. | 373 |
De Sint Janskathedraal 's-Hertogenbosch (1985) 373
|
Zevende altaar van acht-altaren bij de eerste kolommenrij in het schip der kerk langs de Paradeplaats, boven beginnende. Het altaar van Job, van Lambertus en van Cornelius was bij testament van Maria van Doerne van 11 februarij 1536 begiftigd. Het zagersgild had vroeger zijn afzonderlijk altaar ter eere van de H. Lambertus bij de doopvont, doch toen dit altaar in 1566 was vernietigd, gaf de bisschop Sonnius den 16 october 1569 verlof om dit altaar met dat van Job te verbinden, wiens omtuining in 1618 door de stadsregering vernieuwd werd. (Coppens II. 76). | 196 |
L.H.C. Schutjes, Geschiedenis van het bisdom | 1618 |
Kapittel 22. IJzerwerk voor den tuin van St. Jobs Altaar in St. Janskerk.
R.A. van Zuijlen, Inventaris der Archieven van de Stad |